(verschenen in Den Haag Centraal van 4-10-18)
Vandaag rek ik het mandaat voor deze sportcolumn op om ‘Expeditie Robinson’ te kunnen bespreken. Deze mateloos populaire martelkamer voor televisietiepjes heeft alle kenmerken van een sportwedstrijd. Om te beginnen is het kijken ernaar een onvervalste duursport: ultiem uithoudingsvermogen is vereist om deze wezenloze voorstelling uit te zien.
Voor mij althans, televisiemakers zijn inmiddels zo gericht op vertonen van niet-bijzondere daden van niet-bijzondere mensen, dat daar nu massaal van gesmuld wordt. De tv-kijker ziet, zoals alle consumenten, graag iets van zichzelf terug in het aangebodene, vandaar dat lulligheid, klunzigheid en klein huishoudelijk leed aan de orde van de dag zijn.
Soms knettert het ook in de eilandgemeenschap, zoals vorige week toen de hoogbejaarde Corry Konings werd uitgefoeterd door een ‘gangstarapster’ uit onze polder, die daarna opgefokt de expeditie verliet om thuis weer lekker haar haar geel te kunnen verven. De arme Corry, in haar moedige badpak, bleef achter met ‘een heel apart gevoel van binnen’ en al spoedig bleek dat huilen voor haar zeker niet te laat was.
De aanleiding van het geschil was, zoals hij de meeste huiselijke twisten, te onbenullig voor woorden, maar de camera’s draaiden gretig en bij het nasmulprogramma ‘Eilandpraat’ ging het over niets anders. Daar kreeg ik mijn definitieve ‘Maarten van der Weijden nabij Dokkum’-momentje. Ergens houdt het op.
Dit jaar mogen er ook Onbekende Nederlanders meedoen. Knap dat ze die gevonden hebben. Ze verblijven in het zogenaamde Kamp der Onbekenden, al waren dat voor mij eigenlijk alle drie die kampen. Jaren geleden zag je nog wel eens een deerniswekkende coryfee door de mangrove tijgeren, die landelijke bekendheid genoot vanwege enige (niet alleen geldelijke) verdiensten. Gelukkig zetten ze er tegenwoordig meestal bij wie hier de cliché-uitbrakende spreker is en waar we hem of haar van moeten kennen. Op eigen kracht herkende ik, behalve onze Corry, Kraaykamp junior en de zanger Jody Bernal. Voor dat laatste schaam ik me nog steeds.
Dan de echte sport op het eiland. Er zijn uiterst sadistische proeven in de brandende zon die doen denken aan de praktijken van de Japanners in de Tweede Wereldoorlog. Hoofdprijs is een langer verblijf in de gloeiende hel. Wat dat betreft moeten we dit sport noemen: men hongert, ziet af, sterft zowat voor de ultieme roem. Vervolgens begint het eindeloze napraten: Zal Corry Konings net zover komen als de geweldige wielersenior Valverde? Zeker is dat Felix Meurders ze allemaal zou verslaan.
Marcel Verreck