DOOR DE STAD
(Tekst en muziek: Marcel Verreck)
 

Ik liep door de stad, ik dacht alleen nog maar aan jou
Ik zag je gezicht, maar niet de tram
Ik hoorde geluiden, 'k dacht het roepen van een vrouw
Maar 't was het piepen van een rem
Sinds je wegging, ben ik met de stad alleen
Miljoenen vreemden om me heen

Er is weer een buurt waar ik nu even niet graag kom
't Café op het pleintje is taboe
De stad heeft geen schuld, maar ik loop wel een straatje om
'k Mag naar een andere drinkplek toe

Soms met een vriend, soms met een vrouw, vaak met een glas
Maar ik wou dat jij bij me was
Want ik houd van jou
Al is dat makkelijk gezegd
Want zonder jou
Sta ik alleen in het gevecht
Ik kan je bellen maar dat heeft geen enkele zin
Ik heb het eind, jij het begin
Maar ik houd van jou
Ik houd van jou

Ik sta op de brug, er valt vers zonlicht in de gracht
Ik zie twee eenden met hun kroost
Een stad in de lente heeft een meer dan wrede pracht
Je wordt verraderlijk getroost
Want het verdriet verbergt zich altijd in 't geniep
Omdat ik hier ook met jou liep

Daar stond ik te schreeuwen en daar heb ik jou gezoend
Ik proef nog de tranen op je wang
Daar knakte je hak, we hinkten verder, blij ontschoend
De stad bezorgt me levenslang
Zo gaat het telkens en de stad weet dat ook wel
Speelt even hemel, even hel

Dus ik houd van jou
Stad van vreugde en van pijn
Jij bent de vrouw
Die er voor mij altijd zal zijn
Die me laat treuren en me dan een rotschop geeft
Die me laat voelen dat ik leef
Ik houd van jou
Ik houd van jou

En vind ik straks weer eens de ideale vrouw
Zo is het leven, dat gaat door
Dan is er altijd jouw onwankelbare trouw
Dan word jij moeiteloos decor