Elke week bespreekt Marcel Verreck in Den Haag Centraal heden en verleden van een bijzondere Haagse plek.
De hele dag kwettert het nieuws over de ANWB-directeur die geen ombudsman mag worden. Moedeloosmakend gezeur met een politieke achtergrond. Van Woerkom is gewoon een mild-rechtse kerel van de automobilistenlobby die een domme opmerking heeft gemaakt over Marokkaanse taxichauffeurs. Ik zou zeggen: wie niet? Integratie gaat met horten en stoten en tegen al die belangenverenigingen die meteen moord en brand schreeuwen zou ik willen zeggen: zoals de waard is vertrouwt hij zijn gasten. De vorige ombudsman was uit ander hout gesneden, die geselde zelfs de cabaretiers, wat overigens tot veel vrolijkheid in de beroepsgroep leidde. En dan is er het politieke geruzie in het bejaardentehuis 50PLUS, wel heel authentiek, de partij gedraagt zich zoals de doelgroep. Ook is er de ganse dag hockey, tennis en voetbal. Kortom, we hebben teveel vrije tijd. Niet erg, maar dóe er iets mee.
Zoals de inwoners van de Roggeveenstraat in mijn geliefde Zeeheldenkwartier. Een straat die mij na aan het hart ligt. Ooit bezocht ik het exotische eiland dat Jacob Roggeveen als eerste westerling bezocht, Rapa Nui. Vanuit ons eurocentrisch perspectief noemden we dat een ontdekking en die geschiedde op 5 april 1722. Het was Eerste Paasdag en bijgevolg kennen wij deze stip in de grote plas als Paaseiland. Heeft de Hagenees na een avondje Hockeyplein vaak een houten hoofd, op Paaseiland zijn ze gespecialiseerd in stenen hoofden. Afijn, dat verhaal kent u ongetwijfeld en wilt u meer weten over het bijzondere leven van Jacob Roggeveen dan kan ik u het prachtboek ‘Naar het aards paradijs’ van Roelof van Gelder zeer aanbevelen. Op verzoek van een Rapa Nui-se gids heb ik ooit een foto van het straatnaambordje van de Roggeveenstraat naar de Stille Zuidzee gemaild.
Op Paaseiland hebben ze dus ook weet van de Roggeveenstraat, die wel een heel sociale straat moet zijn. Want tussen de nummers 78 en 80 is de ingang van een klein lusthof, moestuin ’t Welpje, dat met vereende krachten op een braakliggend stuk binnenterrein is gecreëerd. Ga er gerust eens heen, ik werd er hartelijk ontvangen. Overal jonge aanplant, straks wordt de oogst gedeeld en de dames die zich over de plantenperken hebben ontfermd worden gekscherend ‘onze borderliners’ genoemd. Mensen die niet zeuren, maar samen iets doen, elkaar soms bemoedigen en het leven vieren. Bravo!