Marcel Op Reis
  DE WEG NAAR HET PARADIJS

De weg naar het paradijs is vrij eenvoudig. En er is ook nog keus. Het mooiste is die per fiets. Dan mijd je de doorgaande autoweg bijna helemaal. (Die neem je met het gammele halfopen busje.) Vanuit het bungalowparkje stuur je de mountainbike in de richting van de tempel. Er zijn weer verse doden (twee), de kisten liggen prachtig versierd in het heiligdom en buiten houden familie en vrienden onafgebroken de wacht. Met manifeste steun van 'spiritus' en spiritualien. Vorig jaar stierf Chai, een vriend van M.'s familie, toen kwam het heel dicht bij, de rouw, de trouw, het permanente eten en drinken en de onvermijdelijke crematie. Oranje monniken begeleiden de ceremonie, van heinde en verre komen verwanten en vrienden en wordt het verdriet gedeeld. Maar goed, we zijn op weg naar ons aards paradijs. Hadden we voor de tempel eventjes linksaf geslagen (dat hebben we natuurlijk ook gedaan) dan waren terechtgekomen in een andere gemeenschappelijke viering. Het meisje van het internetcafe gaat huwen met een sympathieke bebrilde knaap van 33. Zij is zelf 25. Op 24 december(!) gaat het gebeuren, de avond daarvoor is de straat afgezet, staan er tafels en rode tuinstoelen, schenkt men drank en worden de borden opgeschept. Wie passeert is zonder meer eregast. Ook al heb je net je buikje volgegeten, men bedelft je onder blijmoedige gastvrijheid, komt bij je zitten, pakt je hand en is oprecht blij met je aanwezigheid. Een karaoke-installatie zorgt ervoor dat de bruiloftsgasten (of eigenlijk pre-bruifoftsgasten) hele reeksen onbekende toonsoorten en klanken proberen te ontdekken.
Bij het afscheid worden wij onmiddellijk uitgenodigd voor de grote ceremonie die plaatsgrijpt in een van de duurste hotels van Phuket- Stad. (Wij zullen in dat Royal Phuket City Hotel zijn die dag, maar dan om 's middags met een zeer rijk lunchbuffet mijn verjaardag te vieren. Zowel het uitzicht van de 19e verdieping over stad, heuvels en zee als het assortiment heerlijkheden zijn fabuleus - wat een fijn verjaardagsgeschenk!)
We stappen weer op de fiets en vervolgen de trip to paradise. Lieflijke veldjes, de tropische vegetatie, af en toe matig een geasfalteerd colletje, rond gestrooide huisjes (groot en klein,veel meer dan vroeger wordt ons verteld) en verder geuren, dieren, mensen, bewegingen en de uitgelatenheid van spelende kinderen, met name in het gouden uurtje aan het einde van de dag.
Na een kwartiertje links (aan die kant proberen ze hier te rijden) slingeren over weggetjes en om gaten in die weggetjes, peddel je langs een fraai water, landinwaarts tongetje van de zee, voorbode van het paradijs.
Dat openbaart zich in een hagelwit strand en halvemaanvormige baai met blauw driemeterdiepdoorzichtig water van welhaast lichaamsgelijke temperatuur. Het baarmoederlijke pretgevoel wordt ondersteund door soepele ligstoelen, die kundig beparasolleerd zijn door Doei (je schrijft het ongetwijfeld anders, Duy misschien) en familie. Geen Priscilla's, Kevins of Savannahtjes in het Thaise land, de naamgeving is monosyllabisch en in het geval van Doei zelfs op rijm. Verander de eerste medeklinker en je hebt weer familielid. De ouders van M. komen hier al vijftien jaar en hebben hem van knaap man en sedert enige jaren ook vader zien worden. Het zoontje wordt Lek genoemd, dat heeft niets met zindelijkheid te maken, maar meer met de betekenis van het woord: 'Lek' staat voor 'klein' in het Thais. Het olijke katje dat rondhuppelt bij de bungalows luistert naar dezelfde naam. 'Naam' betekent trouwens weer water, handig om te weten in dit soort landen, behalve als je de verkeerde toonhoogte hanteert, dan schijn je hele andere dingen te beweren.
(Het is in Phuket inmiddels wel zo dat je met Duits en Engels een heel eind komt - en dat is inderdaad een ontmoedigend gegeven.) Het goede van dit paradijs is dat het elke dag sluit. Om klokke zes gaat de zon kopje onder en na een verwaarloosbare schemering mag je in het sfeervolle donker vol sympathieke lampjes weer gaan dromen van een nieuwe tocht naar het paradijs.
De gelukzalige monotonie lokt vele vaste klanten jaarlijks weer naar het Nai Harn Strand, zo wordt ons gemeld, wij zijn hier een week, aleer een andere Hof van Eden wordt opgezocht. Dobberend in de warme soep, stevig crawlend in de zon en uitlekkend met de Da Vinci Code, die ik hier in twee middagen verslonden heb.
Op naar de volgende Graal! Zoals het culinaire paradijs van de Thaise keuken. Ook ben ik, vanwege pijnlijke rugspiertjes Thais gemasseerd, waarbij de masseuse er niet tegen opzag hele wandelingen over mijn lichaam te maken. Voorlopig ben ik nog in afwachting van verbetering, maar een ervaring was het wel. (En dan was dit uiteraard de decente versie). Volgende keer: Kerstmis in Phuket.